Lahad Datu

We zijn er weer na een paar dagen.
Het wordt alweer een heel lang verslag, we hebben weer heel veel gedaan dus we hebben er even 2 verslagen van gemaakt, gewoon om het lezen makkelijker te maken.
We zijn alweer naar de jungle geweest, deze keer naar het Tabin Wildlife Reserve.
Er was maar 1 resort, heel toepasselijk, het Tabin Wildlife Resort.
Het was een mooi hotel midden in de jungle, met allerlei huisjes aan de rivier en op de heuvel.
Nadat we opgehaald werden in de lodge, zijn we eerst naar Lahad Datu gereden.
Dat is een dorp, ongeveer anderhalf uur van Sandakan.
Daar hebben we geluncht in het Perdana Hotel, toen werden we gelijk opgehaald met een busje van het resort.
Het was weer anderhalf uur rijden voordat we er eindelijk waren.
Het was een verschrikkelijk gehobbel, omdat er in het reservaat geen asfaltweg was, alleen grind.
Gelukkig hebben we geen autopech gehad & zijn we heel aangekomen.
’s Middags hadden we gelijk onze eerste wandeling.
We werden met de jeep tot aan het pad gebracht, dat naar de Mud Volcano leidde.
In de jungle hebben we niet veel dieren gezien, alleen een paar bijzondere planten.
Het was maar 700 meter lopen, dus we waren gauw bij de vulkaan (we hadden nog wel wat obstakels als een te hoge boomstam midden op het pad).
Eindelijk bij de moddervulkaan was er eigenlijk niet zo heel veel te zien.
Het was eigenlijk gewoon een grote modderpoel, die af en toe nog een beetje borrelde aan de rechterkant.
Er was wel een grote observatie toren vanwaar je nog over de poel en het omliggende bos kon kijken.
Daar waren ook weer niet veel dieren, op een paar aapjes na.
De vulkaan zelf groeit, over 20 jaar is het misschien wel bijna zo hoog als een grote heuvel.
Daarna moesten we natuurlijk weer teruglopen, die kleine 700 meter.
Het was alleen jammer dat de jeep niet gewacht had en dat we nog 2.5 kilometer terug moesten lopen.
Op onze te grote regenlaarzen, waar we nog steeds pijnlijke voeten van hebben.
En al lopend hebben we nog niks gezien, op misschien 1 vogeltje na.
Gelukkig kregen we ’s avonds wel goed te eten, want we moesten alweer weg.
Deze keer op nachtsafari, waar we wél wat gezien hebben.
We hebben een paar Leopard katten gezien, een Palm Civet kat, een uil, een Mouse Deer (Agoti) & ook nog een vliegende eekhoorn (die ook nog vloog, meer zweefde).
De Nederlandse namen weten we niet precies, want we hebben even geen internet of woordenboek.
Halverwege zijn we nog even gestopt om naar de sterren te kijken, in de jungle zijn er veel meer sterren te zien.
Ook hebben we nog wat vuurvliegjes gezien.
Om 10 uur ’s avonds konden we eindelijk naar bed, want we moesten ’s ochtends alweer om 6 uur op.
We moesten op een Morning Bird Walk Tour, en raad eens…
We hebben niet gelopen & we hebben haast geen vogel gezien.
De vorige gids had 3 kilometer verderop een orang-oetan gezien, dus dat konden we niet snel genoeg lopen en overigens ook niet rijden.
Hij zat midden in boom nog te slapen, we hebben af en toe een arm zien zwaaien.
Toen zijn we maar weer terug gegaan naar het resort om half negen nog te ontbijten.
Want daarna, om half tien moesten we weer op weg, deze keer naar de waterval (met meertje).
We werden weer naar het pad gebracht & toen moesten we weer op onze te grote regenlaarzen verder.
Over een modderig pad met heel veel keer omhoog & omlaag en heel veel glibberen, waren we eindelijk bij de rivier.
Maar we moesten er natuurlijk ook nog door.
Met compleet volgelopen laarzen & een broek die nat was tot boven onze knieën.
Er was nog wel een redelijk groot meertje met waterval & heel veel kleine visjes.
Waar natuurlijk ook weer geen beest te zien was.
We hebben niet gezwommen, we hadden namelijk geen zwemkleren bij (niet vergeten, we dachten eigenlijk dat het maar een piepklein meertje zou zijn).
Terug was het ook weer lekker glibberen, gelukkig werden wel opgehaald aan het eind van het pad deze keer.
Na de lunch hadden we een welverdiend voetbad, in het Eagle’s Nest.
Het was zeer ontspannend, op een paar gasexplosies buiten na.
Geen echte, alles werd gewoon op het vuur gegooid.
Na 20 minuten weken, waren onze voeten weer een beetje opgeknapt.
Beetje, omdat ze nog helemaal branden van alle kruiden & omdat ze nog steeds helemaal dik waren.
’s Middags hadden we weer een safari, een Dusk Safari.
Toen het nog helemaal licht was, hebben we niet veel gezien, op een boom vol met aapjes na.
Toen het eenmaal donkerder werd kwamen er meer dieren, zoals katten.
We hebben een adelaar gezien, een soort hoen (geen idee welke), een grote overstekende leguaan & wilde kippen (kunnen we niet zeggen dat we geen kip gezien hebben).
We hebben ook nog weer een paar vuurvliegjes gezien & weer een kat die deze keer bijna in de jeep zat, en nog een eekhoorn (geen vliegende geloof ik).
We waren precies om half acht terug & we konden gelijk gaan eten.
En weer gaan slapen, want we moesten weer vroeg op deze keer om het vliegtuig te halen.
Om half zeven gingen we weer weg, naar het vliegveld van Lahad Datu.
Voor zover vliegveld, er zijn maar 4 vluchten per dag & waar je binnenkomt is ook bijna gelijk de wachtruimte.
We waren alweer precies op tijd en we konden gelijk doorlopen door de douane.
Zie volgende verslag voor een verder verslag van onze vakantie.